negenhonderdnegenenzeventig
Nederlands
0 | 9 | 7 | 9 |
negenhonderdnegenenzeventig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: negenhonderdnegenenzeventig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌneɣə(n)ˌhɔndərtˈneɣənənˌsevə(n)təx / (10 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'negenhonderdnegenennegentig': /ˌneɣənˌhɔndərtˈneɣənənˌzøvəntəx/
Woordafbreking
- ne·gen·hon·derd·ne·gen·en·ze·ven·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van negenhonderd ht en negenenzeventig ht
Hoofdtelwoord
negenhonderdnegenenzeventig
- "979", het getal tussen negenhonderdachtenzeventig en negenhonderdtachtig, negenhonderd plus negenenzeventig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen negenhonderdnegenenzeventig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer negenhonderdnegenenzeventig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "negenhonderdnegenenzeventig" ht als linkerdeel
Vertalingen
1. het getal 979
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | negenhonderdnegenenzeventig | negenhonderdnegenenzeventigs |
verkleinwoord | negenhonderdnegenenzeventigje | negenhonderdnegenenzeventigjes |
Zelfstandig naamwoord
de negenhonderdnegenenzeventig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 979 is aangeduid
- Als jij negenhonderdnegenenzeventig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
negenhonderdnegenenzeventig mv
- groep van 979 eenheden
- Die negenhonderdnegenenzeventig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'negenhonderdnegenenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 27
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 10 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Hoofdtelwoord in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal