neen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • neen
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘tussenwerpsel: uitroep ter ontkenning’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1237 [1]

Tussenwerpsel

neen

  1. (palindroom) nee
Opmerkingen
  • In Noord-Nederland geldt dit als de formele vorm voor nee en het wordt doorgaans niet gebruikt in gesproken taal, behalve misschien om nadruk te leggen. Het komt soms nog in de geschreven taal voor, maar ook daar wordt het woord steeds minder gebruikt.
  • In Vlaanderen en Limburg is het in de spreektaal de gewone vorm, maar in Limburg wordt het juist in de schrijftaal weinig gebruikt.
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen