navlooien
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·vlooi·en
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van na bw en vlooien ww
Werkwoord
navlooien [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
navlooien |
vlooide na |
nagevlooid |
zwak -d | volledig |
- zorgvuldig onderzoeken
- De Almelose kort gedingrechter Willem Hangelbroek ziet geen aanleiding de beslagen, die de (kandidaat)notarissen legden bij het navlooien van alle transacties, op te heffen. In de zitting bleek dat Lilly Vermijs inkomen (AOW en pensioen) heeft en houdt en dat zij op dit moment zo gezegd kan leven. [2]
- Enfin, ik moest dus oude jaargangen navlooien en begaf mij daartoe naar HP/De Tijd. Dat is op zich al een zinsbegoochelende ervaring. In de 22 jaar dat ik bij de Haagse Post werkte zetelde de redactie op wel zeven verschillende adressen, maar altijd binnen dezelfde vierkante kilometer van het centrum van Amsterdam. Het begrip ‘grachtengordel’ was zeer op ons van toepassing. Nu moest ik met de metro naar een industrieterrein en verdwaalde spoedig tussen tapijthallen, remises en brede kanalen. [3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord navlooien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "navlooien" herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 29-07-16 Beslag op bezit van 91-jarige Lilly uit Enschede blijft
- ↑ HP de Tijd 18/01 | 2015 Column John Jansen van Galen: In the cloud
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 80 %
- Prevalentie Vlaanderen 78 %