nakie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • na·kie
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van naakt met het achtervoegsel -ie
enkelvoud meervoud
naamwoord nakie nakies
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het nakieo

  1. het lichaam dat niet bedekt is met kleren
    • Hij reed paard door een stadspark, sprong in z'n nakie in een binnenzee en ging daarna gewoon nog een keer paardrijden. De eerste dagen van Douwe Bob in Stockholm stonden niet bol van de songfestivalstress. Of om in zijn eigen woorden te blijven: "Het voelt als vakantie tot nu toe." [1] 
    • Naaktfoto's van vakantie vierende celebrities [sic!] lijkt een trend te worden. Een paar dagen geleden werd Orlando Bloom in Sardinië in zijn nakie gefotografeerd terwijl hij samen met vriendin Katy Perry op een surfplank door het water peddelde. [2] 
    • La Paay wordt door enkele twitteraars geprezen om haar jonge voorkomen in de video. "Ik wil er op mijn 65ste in m'n nakie best uitzien als Patricia Paay. Morgen op zich ook wel!", aldus iemand die het filmpje gezien heeft. [3] 
Typische woordcombinaties
Synoniemen

Gangbaarheid

84 % van de Nederlanders;
68 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen