nachtjapon
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: nachtjapon (hulp, bestand)
- IPA: /ˈnɑxtjɑˌpɔn/
Woordafbreking
- nacht·ja·pon
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van nacht en japon
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nachtjapon | nachtjaponnen |
verkleinwoord | nachtjaponnetje | nachtjaponnetjes |
Zelfstandig naamwoord
de nachtjapon m
- lang kledingstuk dat vrouwen en kinderen aandoen wanneer ze naar bed gaan
- Ze deed haar nachtjapon aan, wenste haar man een goede nacht en knipte het licht uit.
- Luc en ik lagen al bij Babbedde op de logeerkamer, toen er aangebeld werd. Het was mijn moeder. Ze stond in haar witte nachtjapon voor de deur om ons allebei nog een nachtzoen te geven. [1]
Synoniemen
Vertalingen
1. kledij die vrouwen 's nachts dragen
Gangbaarheid
- Het woord nachtjapon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "nachtjapon" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Sandes, DavidDe wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 166
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %