mutilatie
Uiterlijk
- mu·ti·la·tie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verminking’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
- Naamwoord van handeling van mutileren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mutilatie | mutilaties |
verkleinwoord | - | - |
de mutilatie v
- het mutileren, de verminking
- Het woord mutilatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mutilatie" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "mutilatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ mutilatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Achtervoegsel -atie in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 83 %
- Prevalentie Vlaanderen 85 %