motorstoring

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·tor·sto·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord motorstoring motorstoringen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de motorstoringv

  1. niet goed werken van het deel van een machine dat voor de aandrijving zorgt
     De piloot meldde kort voor de ramp dat het toestel kampte met een motorstoring.[1]
     Door bijvoorbeeld regionale limieten te stellen aan het zwavelgehalte in stookolie, moeten schepen switchen tussen brandstoffen. Als die brandstoffen onverhoopt met elkaar in contact komen, kunnen mengproblemen ontstaan (verharding) waardoor motorstoringen en zelfs uitval kunnen voorkomen.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 8 augustus 2020 Weblink bron “Gecrasht vliegtuig had motorpech” (5 juni 2012) op nrc.nl op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 8 augustus 2020 Weblink bron
    Chris Hensen
    “Ze varen allemaal op stookolie, vuile reut” (4 maart 2008) op nrc.nl op Wikipedia