monotheïst
Uiterlijk
- Geluid: monotheïst (hulp, bestand)
- IPA: /monote'ɪst/
- mo·no·the·ist
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | monotheïst | monotheïsten |
| verkleinwoord | monotheïstje | monotheïstjes |
de monotheïst m
- iemand die gelooft in het bestaan van één enkel opperwezen, een aanhanger van het monotheïsme
- Joden, christenen en moslims worden onder de monotheïsten gerekend.
- Het woord 'monotheïst' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.