monoseem
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mo·no·seem
Woordherkomst en -opbouw
- Van het Griekse σημεία teken/betekenis met het voorvoegsel mono-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | monoseem | monosemen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
monoseem
- (taalkunde) woord met precies één betekenis
Antoniemen
Afgeleide begrippen
stellend | |
---|---|
onverbogen | monoseem |
verbogen | monoseme |
Bijvoeglijk naamwoord
monoseem
- (taalkunde) precies één betekenis hebbend
- Een monoseem begrip.
Synoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'monoseem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.