moestuin
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: moestuin (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmustœyn / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈmus.tœʏ̯n/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈmus.tœːn/
Woordafbreking
- moes·tuin
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van moes en tuin [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | moestuin | moestuinen |
verkleinwoord | moestuintje | moestuintjes |
Zelfstandig naamwoord
moestuin m
- een tuin waarin op kleine schaal verschillende groenten en evt kruiden en/of fruit worden verbouwd
- Vroeger hadden veel mensen een moestuin waar ze voor een belangrijk deel van moesten leven, tegenwoordig heeft men er soms één voor het plezier.
Synoniemen
Vertalingen
1. een tuin waarin op kleine schaal verschillende groenten en evt kruiden en/of fruit worden verbouwd
Gangbaarheid
- Het woord moestuin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "moestuin" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ moestuin op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
moestuin
Veluws
Zelfstandig naamwoord
moestuin
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Nedersaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersaksisch
- Woorden in het Veluws
- Zelfstandig naamwoord in het Veluws