modezaak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mo·de·zaak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van mode en zaak [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | modezaak | modezaken |
verkleinwoord | modezaakje | modezaakjes |
Zelfstandig naamwoord
- winkel waar je moderne, hippe kleding kunt kopen vooral voor jonge vrouwen
- De vriendinnen gingen graag shoppen in de verschillende modezaken van de stad.
Synoniemen
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord modezaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "modezaak" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be