modemerk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  modemerk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• mo·de·merk

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  mode zn  en  merk zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	modemerk	modemerken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het modemerk o

1. een symbool of naam voor producten van een bepaalde producent van modekleding

   ▸ Het Met Gala is een benefietavond voor de modeafdeling van het Metropolitan Museum of Art en wordt sinds 1948 georganiseerd. De organisatie is in handen van de Amerikaanse editie van het tijdschrift Vogue. Genodigden betalen naar verluidt zo'n 35.000 dollar voor een kaartje en tot wel drie ton voor een tafel, tenzij ze uitgenodigd worden door een modemerk of ontwerper die de rekening betaalt.

   ▸ In 2013 richtte Abloh het modemerk Off-White op. Zijn werk gold als vernieuwend omdat hij straatmode zoals hoodies en sneakers als luxe modeproducten benaderde. De kleding van Off-White raakte daardoor met name populair onder jonge generaties.

Synoniemen

• kledingmerk

Gangbaarheid

• Het woord modemerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.