minner

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  minner    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• min·ner

Bijvoeglijk naamwoord

minner

1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van min

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van minnen met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	minner	minners
verkleinwoord	minnertje	minnertjes

Zelfstandig naamwoord

de minner m

1. (verouderd) minnaar, mannelijke geliefde

Afgeleide begrippen

• minster

Vertalingen

    1.   

Engels: lover (en)

Spaans: amante (es) m

Gangbaarheid

• Het woord minner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈminəɾ /

Woordafbreking

• min·ner

Naar frequentie	1283

Werkwoord

minner

1. zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van minne

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈminəɾ /

Woordafbreking

• min·ner

Werkwoord

minner

1. zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van minne