middeling
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mid·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van middelen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | middeling | middelingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de middeling v
- iets verspreiden over een groter gebied of langere tijd zodat pieken en dalen worden afgevlakt
- De rente, die van invloed is op de waarde van de verplichtingen, kende in januari weliswaar een stijging, maar doordat wordt uitgegaan van een driemaandse middeling heeft deze stijging nog niet direct effect op de dekkingsgraad. De rentestijging had anderzijds wel een negatief effect op de waarde van de obligatieportefeuille. [2]
- Bij middeling kijk je of je minder belasting had betaald indien je over de afgelopen 3 jaar wél een gelijkmatig inkomen zou hebben gehad. Als dat het geval is, dan kan je (onder bepaalde voorwaarden) het verschil tussen de werkelijk betaalde belasting en de belasting over het gemiddelde inkomen terug krijgen. Let op dat je dit zelf schriftelijk moet aanvragen. [3]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord middeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "middeling" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 4 februari 2013 Dekkingsgraad pensioenfondsen opnieuw gedaald
- ↑ Tubantia J. van der Leeuw 2 maart 2017 Vijf belastingvoordeeltjes die we vaak laten liggen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 82 %
- Prevalentie Vlaanderen 54 %