merkteken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • merk·te·ken
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord merkteken merktekens
verkleinwoord merktekentje merktekentjes

Zelfstandig naamwoord

het merktekeno

  1. een teken dat ergens op is geplaatst en dat ter identificatie of beloning gebruikt kan worden
    • Het dier kreeg een merkteken op zijn lichaam. 
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen