mentrix

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • men·trix
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mentrix mentrices
mentrixen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de mentrixv

  1. begeleidster of opvoedster, vrouw die haar ervaring gebruikt om een ander terzijde te staan
    • Mentor is afgeleid uit het Grieks daarom wordt de soms gebruikte vrouwelijke vorm "mentrix" wel afgewezen, die gebaseerd is op de misvatting dat er een woord "mentor" in het Latijn zou bestaan. 
    1. (onderwijs) docente waar leerlingen terecht kunnen met problemen die niet op een schoolvak betrekking hebben
Verwante begrippen

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
31 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be