meniscuslens
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·nis·cus·lens
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van meniscus zn en lens zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | meniscuslens | meniscuslenzen |
verkleinwoord | meniscuslensje | meniscuslensjes |
Zelfstandig naamwoord
- (optica) een lens met een holle en een bolle kant
Gangbaarheid
- Het woord 'meniscuslens' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.