menighedssangen
Deens
Woordafbreking
- me·nig·heds·san·gen
Woordherkomst en -opbouw
- Deense zelfstandig-naamwoordsvorm met het invoegsel -s-
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
Zelfstandig naamwoord
menighedssangen, g
- bepaalde vorm nominatief enkelvoud van menighedssang