melkgeit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • melk·geit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord melkgeit melkgeiten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de melkgeitv

  1. (evenhoevigen) (veeteelt)geit die men houdt voor de productie van geitenmelk
     Er is veel vraag naar geiten en een relatief beperkt aanbod. Dat werkt prijsopdrijvend. Een lagere melkprijs zou de prijs van geiten weer wat kunnen doen dalen, meent het LEI. Die melkprijs is de afgelopen tijd gedaald door een uitbreiding van het aantal melkgeiten in Frankrijk. Nederlandse geitenhouders exporteren hun melk en ook kaas vooral naar Frankrijk.[1]
     Een megastal is groter dan 1,5 hectare. In de meeste megastallen (514) zitten melkkoeien. In 233 van de stallen zitten moedervarkens, in 84 melkgeiten en in 74 legkippen.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 29 juni 2022 Weblink bron
    Rinke van den Brink
    “Geitenboeren kunnen weer aan de slag” (Donderdag 15 juli 2010), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 29 juni 2022 Weblink bron “Aantal megastallen is in vijf jaar met bijna een kwart gestegen” (29 juni 2022), NU.nl