megapier

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·ga·pier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord megapier megapieren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

megapier m

  1. (waterbeheer) zeer grote of lange in een zee of rivier uitstekende brug, dam of golfbreker
     Opdrachtgever voor de bouw van de megapier is de havenautoriteit Curaçao Ports Authority.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. megapier op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink Weblink bron “Grote schade aan koraal Curaçao, vermoedelijk door bouwer BAM” (27-04-2017), NOS