megafoon

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·ga·foon
Woordherkomst en -opbouw
  • van Engels megaphone, in de betekenis van ‘versterkende geluidstrechter’ aangetroffen vanaf 1878 (zie vindplaats hieronder)
enkelvoud meervoud
naamwoord megafoon megafoons
(megafonen)
verkleinwoord megafoontje megafoontjes

Zelfstandig naamwoord

de megafoonm

  1. grote geluidstrechter om de menselijke stem te versterken, tegenwoordig vaak met elektronische versterking
     „Allemaal stemmen 21 maart!”, schreeuwt Siep door de megafoon.[1]
      Edison heeft met den megaphoon reeds zeer verrassende proeven verricht en geeft de volgende eenvoudige aanwijzingen voor het gebruik van het instrument.[2]
Schrijfwijzen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 26 juli 2023 Weblink bron
    Charlotte Bouwman
    “Stemmen jagen met megafoon en powerbank” (9 maart 2018) op nrc.nl op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 juli 2023 Weblink bron Gemengde berichten : Weer eene uitvinding van Edison! in: Middelburgsche Courant, jrg. 121 nr. 151 (29 juni 1878), p. 3 kol. 1
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be