meervoudigheid
Uiterlijk
- meer·vou·dig·heid
- afleiding van meervoudig met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | meervoudigheid | meervoudigheden |
verkleinwoord |
de meervoudigheid v
- het bestaan uit meerdere elementen; de mate waarin iets of iemand uit meerdere elementen bestaat
- Het woord meervoudigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Babette Hellemans“Cultuur” (2014), Amsterdam University Press , ISBN 9789089646040
- ↑ Antonio Padilla“Fabeachtige getalen en waar ze te vinden” (2023), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026353512