meedenker

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·den·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord meedenker meedenkers
verkleinwoord meedenkertje meedenkertjes

Zelfstandig naamwoord

de meedenkerm

  1. iemand die gevraagd of ongevraagd meedoet in een denkproces
    • Binnen een jaar moet er een nieuw kabinet geformeerd worden en de polderaars, de lobbyisten, de adviseurs en de meedenkers leggen alvast hun voorzet op tafel. Welk nieuw beleid moet er komen? [1] 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. NRC Marike Stellinga 23 april 2016
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be