masturbatorisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mas·tur·ba·to·risch
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van masturbatie
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | masturbatorisch | masturbatorischer | |
verbogen | masturbatorische | masturbatorischere | |
partitief | masturbatorisch | masturbatorischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
masturbatorisch
- gerelateerd aan masturbatie
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'masturbatorisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.