mascotte
Uiterlijk
- mas·cot·te
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gelukbrengend voorwerp’ voor het eerst aangetroffen in 1883 [1]
- uit het Frans een gelukbrengend voorwerp [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mascotte | mascottes |
verkleinwoord | mascottetje mascotje |
mascottetjes mascotjes |
- gelukbrengend voorwerp
- Lucky Luke is mascotte van het stripfestival Breda, 15 en 16 oktober. Inl: stripfestivalbreda.nl. Inmiddels zijn er acht albums heruitgegeven.[4]
- Het woord mascotte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mascotte" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "mascotte" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ mascotte op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Ron Rijghard 12 oktober 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be