marinebioloog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·ri·ne·bio·loog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | marinebioloog | marinebiologen |
verkleinwoord | marinebioloogje | marinebioloogjes |
Zelfstandig naamwoord
de marinebioloog m
- (biologie) (beroep) een bioloog die zich bezig houdt met leven in de zeeën en oceanen
- De marinebioloog dook om walvishaaien te bestuderen.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'marinebioloog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.