mannetjesfazant
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- man·ne·tjes·fa·zant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mannetjesfazant | mannetjesfazanten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de mannetjesfazant m
- mannelijke fazant
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mannetjesfazant | mannetjesfazanten |
verkleinwoord |
de mannetjesfazant m