manie
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·nie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘hartstochtelijke bezetenheid, obsessie’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1778 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | manie | manieën manies |
verkleinwoord | manietje | manietjes |
Zelfstandig naamwoord
manie v
- (medisch) ziekelijke neiging (opgewonden psychische toestand)
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord manie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "manie" herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.