maltgøreri

Uit WikiWoordenboek

Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • malt·gø·re·ri
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Deense zelfstandige naamwoorden malt en gøreri met het achtervoegsel -eri
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   maltgøreri     maltgøreriet     maltgørerier     maltgørerierne  
genitief   maltgøreris     maltgøreriets     maltgøreriers     maltgøreriernes  

Zelfstandig naamwoord

maltgøreri, o

  1. (economie) mouterij
Synoniemen

Verwijzingen