malende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·len·de
Werkwoord
vervoeging van: | malen |
malende
- verbogen vorm van malend, het onvoltooid deelwoord van malen
Bijvoeglijk naamwoord
malende
- verbogen vorm van de stellende trap van malend
vervoeging van: | malen |
verbogen vorm: | malendee |
malende
malende