machinebankwerker
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·chi·ne·bank·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van machine en bankwerker [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | machinebankwerker | machinebankwerkers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de machinebankwerker m
- (beroep) iemand die aan een draaibank onderdelen van machines en motoren maakt
Gangbaarheid
- Het woord machinebankwerker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.