lynchpartij

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

lynchpartij
Uitspraak
Woordafbreking
  • lynch·par·tij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lynchpartij lynchpartijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de lynchpartijv

  1. (juridisch) een moord op een vermeende misdadiger door een groep mensen die het recht in eigen hand nemen
    • In een voorstad van Parijs zijn oudejaarsnacht twee politieagenten in elkaar geslagen en getrapt. Het nieuws veroorzaakt veel ophef en president Emmanuel Macron spreekt zelfs over een 'laffe en criminele lynchpartij'. [1] 
    • ,,Zo ziet een lynchpartij er anno 2016 uit, schreef Colin Kaepernick, quarterback bij San Francisco 49ers. ,,Nog een moord op straat vanwege een andere huidskleur. Begaan door iemand die ons juist zou moeten beschermen. Wanneer worden zij ter verantwoording geroepen? [2] 
    • De dader dreigde volgens een voorganger van de getroffen moskee, Toufik Kacimi, te worden gelyncht, maar een imam uit de buurt, Mohammed Mahmoud, voorkwam de lynchpartij. [3] 
Vertalingen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen