luitenant-adjudant
- lui·te·nant-ad·ju·dant
- (samenkoppeling) van luitenant en adjudant
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | luitenant-adjudant | luitenants-adjudanten luitenant-adjudanten luitenanten-adjudanten |
| verkleinwoord | - | - |
de luitenant-adjudant m
- (militair) als adjudant toegevoegd luitenant, bv. bij de staf van een bataljon
- Het woord luitenant-adjudant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.