loswerken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- los·wer·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van los bw en werken ww
Werkwoord
loswerken
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
loswerken |
werkte los |
losgewerkt |
zwak -t | volledig |
- van iets dat het los komt te zitten en dus niet meer ergens aan vast zit of ergens contact mee maakt
- De CT200h illustreert de spreekwoordelijke Japanse betrouwbaarheid. Het komt weleens voor dat de stekker van de hoogspanningsaccu zich iets loswerkt. Een kwestie van goed vastzetten, maar laat dat wel door de Wegenwacht doen! Nooit de tank helemaal leeg rijden: dan moet de hybride-accu extern worden geladen, een tijdrovende bezigheid. [1]
- Acht gebruikte bouten bleken bij onderzoek vijf millimeter lang, in plaats van de voorgeschreven drie millimeter. Ze waren ook niet van het juiste model, zodat ze zich konden loswerken. De dertig bouten die wel goed waren, bleken niet in staat het loszittende rompdeel aan het casco te klemmen toen het door de luchtstroom werd losgerukt. [2]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord loswerken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "loswerken" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ De Telegraaf 03 jun. 2018 Wat koop je voor… € 12.500?
- ↑ Het Parool HERMAN STIL 10 NOVEMBER 2017 KLM-toestel dat paneel verloor gebruikte verkeerde bouten
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 92 %
- Prevalentie Vlaanderen 95 %