logeerkamers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lo·geer·ka·mers
Zelfstandig naamwoord
de logeerkamers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord logeerkamer
- ▸ En als Christa en hij een paar logeerkamers in Villa Bellevue konden lenen? Het was absoluut niet iets waar hij op stond, ze konden net zo goed een dubbelsuite in het Grand Hotel nemen voor zolang het afbreken en opbouwen duurde.[1]
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044628142