lobvormig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lob·vor·mig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | lobvormig | lobvormiger | lobvormigst |
verbogen | lobvormige | lobvormigere | lobvormigste |
partitief | lobvormigs | lobvormigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
lobvormig
- vorm van een lob hebbend
- Hoekhuis met voorgevel onder houten, lobvormig verhoogde, aan de zijgevel omlopende lijst met consoles en snijwerk om de hijsbalk in Amsterdam
Gangbaarheid
- Het woord 'lobvormig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.