linkshalf
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- links·half
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van links bn en half zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | linkshalf | linkshalfs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (voetbal) speler die aan de linkerkant van het middenveld speelt
- ▸ De 26-jarige Duitser, die tegen het Nederlands elftal als linkshalf speelde, maakte de 90 minuten wel vol. Medisch onderzoek bracht na afloop echter de schade in zijn voet aan het licht. Schulz heeft het spelershotel in Hamburg al verlaten.[1]
- ▸ Cheryshev is daarmee zo'n drie tot vier maanden uit de roulatie. Daarmee zal de snelle linkshalf uit Nizhny Novgorod zich moeten gaan richten op volgend seizoen, terwijl Valencia nog op drie fronten actief is in de laatste maand van dit seizoen.[2]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord linkshalf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "linkshalf" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Duitsland mist Schulz in duel met Noord-Ierland” (07-09-2019), Tubantia
- ↑
Weblink bron “Cheryshev mist cruciale fase seizoen bij Valencia met breuk in knie” (22-04-2019), Tubantia
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be