lingering
Engels
Werkwoord
lingering
- onvoltooid deelwoord van linger
Zelfstandig naamwoord
lingering
- gerundium van linger
- gedraal, getalm, getreuzel, kwijning
- leegloperij, lijntrekkerij
Synoniemen
- [2]: loitering
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
lingering | more lingering | most lingering |
Bijvoeglijk naamwoord
lingering
- armetierig, kwijnend
- aarzelend, besluitloos, dralend, langzaam, leuterig, slepend, talmend, traag, treuzelachtig, treuzelend, weifelend
- lijzig, log, loom
Typische woordcombinaties
- [1]: (informatica) lingering objects
- [1]: (medisch) lingering cough
- [1]: (medisch) lingering cough medicine
- [1]: (medisch) lingering cough remedies
- [1]: (medisch) lingering illness
- [1]: (medisch) lingering pain
- [1]: (muziek) lingering sound
- [1]: (oenologie) lingering aftertaste
- [1]: (oenologie) lingering finish (ook: long finish)
Synoniemen
- [1]: languishing
- [2]: dawdling
- [3]: languid