lijkzak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

lijkzak
Uitspraak
Woordafbreking
  • lijk·zak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lijkzak lijkzakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de lijkzakm

  1. een zak bestemd voor transport en opslag van lijken
    • Een doodverklaarde gevangene is bij bewustzijn gekomen in een mortuarium in de regio Asturië in het noorden van Spanje. Gonzalo Montayo Jiménez kwam bij in een lijkzak, kort voordat autopsie op hem zou worden uitgevoerd.[1] 
    • Na aanhouding van de 27-jarige man op 5 januari zou de verdachte zich tijdens zijn verhoor bedreigend hebben uitgelaten richting de politieagenten. De man zei onder meer: ‘Als ik vrij kom heb je pas een zaak, dan kunnen jullie een lijkzak meenemen. Als ik vast kom te zitten, is ze pas echt aan de beurt.’[2] 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen