lijkbus
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lijk·bus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lijkbus | lijkbussen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- een touringcar waarin een doodskist én een gezelschap tegelijkertijd vervoerd kunnen worden naar de begraafplaats of het crematorium
- ▸ Volgens Monique Beuk, CEO van Koninkijke Beuk, is de lijkbus een kwestie van vraag en aanbod. Uit onderzoek blijkt dat vaak de voorkeur wordt gegeven aan reizen met het complete gezelschap in een bus in plaats van met een klassieke stoet volgwagens.[2]
- urn waarin men de as van een gecremeerde overledenen bewaart
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord lijkbus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lijkbus" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Erik Kouwenhoven“Deze speciale bus heeft 26 zitplaatsen én een ligplaats” (04-07-2019), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be