liefheeft
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lief·heeft
Werkwoord
vervoeging van |
---|
liefhebben |
liefheeft
- (in een bijzin) tweede persoon (alleen U) en derde persoon enkelvoud van liefhebben
- ... dat hij, zij, het liefheeft.
- ... dat u liefheeft.
vervoeging van |
---|
liefhebben |
liefheeft