librije

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

librije Sint Walburguskerk Zutphen
Uitspraak
Woordafbreking
  • li·brije
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord librije librijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de librijev / m

  1. bibliotheek bij een klooster of kerk
    • Van het een kwam het ander. ,,Ik merkte dat mensen die kookfilmpjes tof vonden. In het begin filmde ik het zelf met zo'n houdertje, dat kostte me twee, drie uur, en daarna nog zelf een paar uur editen. Nu neem ik er meerdere per dag op met mensen die het filmen.’’ En dat werkt. ,,Ik zie wat het kan doen op héél korte termijn. Ron Blaauw in mijn keuken, koken bij De Librije. Het is fucking leuk.’’ [2] 
    • Het raam als architectonisch element in de librije krijgt door een gotische tracering zijn bijzonderheid terug’. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

79 % van de Nederlanders;
26 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen