liberalisering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • li·be·ra·li·se·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord liberalisering liberaliseringen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de liberaliseringv

  1. (economie) het liberaliseren
    • Uit het onderzoek blijkt dat de inkomenskloof in de onderzochte steden snel groeit. Dat hangt volgens de onderzoekers samen met globalisering en liberalisering. [2] 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen