lesgaven

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • les·ga·ven

Werkwoord

vervoeging van
lesgeven

lesgaven

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van lesgeven
    • ...dat wij lesgaven. 
    • ...dat jullie lesgaven. 
    • ...dat zij lesgaven.