leng

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leng
Woordherkomst en -opbouw
[A] enkelvoud meervoud
naamwoord leng lengen
verkleinwoord lengetje lengetjes

Zelfstandig naamwoord

[A] leng m

  1. (straalvinnigen) (voeding) kabeljauwachtige zoutwatervis met kleine kop en zeer lang lichaam die vooral in de Noordzee en de Middellandse Zee voorkomt Molva molva op Wikispecies
Synoniemen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
lengen

[A] leng

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lengen
    • Ik leng. 
  2. gebiedende wijs van lengen
    • Leng! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lengen
    • Leng je? 
[B] enkelvoud meervoud
naamwoord leng lengen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

[B] leng o

  1. (scheepvaart) strop om zware voorwerpen op te hijsen
[C] enkelvoud meervoud
naamwoord leng -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

[C] leng o, v

  1. (voeding) bederf in graan of brood

Gangbaarheid

37 % van de Nederlanders;
39 % van de Vlamingen.[7]

Meer informatie

Verwijzingen