leegt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leegt

Werkwoord

vervoeging van
legen

leegt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van legen
    • Jij leegt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van legen
    • Hij leegt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van legen
    • Leegt!