laurier
Uiterlijk
- lau·rier
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘sierboom’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1562 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | laurier | laurieren |
verkleinwoord |
de laurier m
- (plantkunde) groenblijvende boom of struik Laurus nobilis van de familie Lauraceae (wikidata: laurier )
- (kruid) de (gedroogde) bladeren laurierblad van Laurus nobilis gebruikt in de keuken (wikidata: laurier )
-
[1]. Een laurierboompje
-
[1]. Een laurier in volle bloei
-
[1]. Rijpe vruchten van de laurier
-
[2] Een kom en een takje laurier.
boom en kruid
- Het woord laurier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "laurier" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "laurier" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be