laudanum

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lau·da·num
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘opiumtinctuur’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1688 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord laudanum -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het laudanumo

  1. opiumtinctuur, vroeger gebruikt als geneesmiddel
Vertalingen

Gangbaarheid

52 % van de Nederlanders;
56 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen