laryngaal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • la·ryn·gaal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord laryngaal laryngalen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de laryngaalm

  1. (taalkunde) medeklinker die in het strottenhoofd gevormd wordt, zoals de h, keelletter
Synoniemen
Verwante begrippen
stellend
onverbogen laryngaal
verbogen laryngale

Bijvoeglijk naamwoord

laryngaal

  1. (taalkunde) in het strottenhoofd gevormd
  2. (medisch) betreffende de larynx
Vertalingen

Gangbaarheid

29 % van de Nederlanders;
40 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen