lariekoek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- la·rie·koek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van larie en koek [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lariekoek | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
lariekoek m
- onzin nonsens, flauwekul zever
Gangbaarheid
- Het woord lariekoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "lariekoek" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ lariekoek op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be